Lasse Schöne maakte in Aarhus onder toeziend oog van zo'n 11.000 toeschouwers de negentig minuten vol, maar de aanwezige supporters hadden allemaal dezelfde gezichtsuitdrukking als die van bankzitter Kasper Dolberg. Er gebeurde zo weinig dat je amper een spier hoefde te vertrekken.

Een blik op de statistieken leert dat er slechts één keer een schot op doel werd afgevuurd en wel door de Denen. Heel gek was dit allemaal niet, want vaste krachten als Kasper Schmeichel en Thomas Delaney werd rust gegund en Christian Eriksen ging in de tweede helft naar de kant.

Veel meer kunnen we er echt niet van maken, simpelweg omdat er niet meer gebeurde. Denemarken was na de overwinning op Wales (1-2) al zeker van groepswinst en dus promotie naar de hoogste divisie van de Nations League, terwijl ook al vaststond dat Ierland een klasse zakt.

Kortom, dit potje vertelde uitstekend het verschil tussen een nietszeggende oefeninterland en een duel in de Nations League waarin het er nog om gaat. Kijk maar naar de diverse slotfases van wedstrijden waarin iets op het spel stond. Daar waren zelfs de laatste minuten spannend.

Stiekem is het natuurlijk wel lekker dat Schöne niet zo diep hoefde te gaan en Dolberg een avondje de bank warm hield, want beide Ajacieden krijgen het de komende weken nog druk zat.